Begroting en rekening

Financiële verantwoording

Begroting
Onderstaand vindt u een cijfermatig overzicht van alle inkomsten en uitgaven in de prognose van de meerjaren begroting 2017-2019.

De baten van de stichting worden volledig besteed aan de doelstelling van de stichting

De baten
De beginfase, 2017-2019,  start met beperkt vermogen, dat met name aan de eerste hoofddoelstelling zal worden besteed: (wetenschappelijk betrouwbaar) onderzoek, publiceren en onderwijs. De hiervoor benodigde kosten zijn afgestemd op de thans bekende en reëel te verwachten baten. De periode daaropvolgend kan bredere inzet worden gepleegd, indien er voldoende middelen binnenkomen via fondswerving. Dit zal prioriteit krijgen vanaf  2018.

De baten voor 2017-2018(-19)  betreffen  giften van schenkers die zich vooraf  al gemeld hebben bij de stichting en reeds incidentele schenkingen gedaan hebben en/of periodieke schenkingen in geld (5 jaar of meer) geregeld hebben. Daarnaast zal te zijner tijd een testamentair legaat vrijkomen voor de stichting.

*  Naast geld wordt begin 2018 een Onroerend Goed (OG), zijnde een opstal met grond, aan de stichting in bloot eigendom geschonken. Deze zal dienen als onderpand voor het aangaan van een (hypothecaire) lening ter verkrijging van liquide middelen voor de stichting. Hiermee kunnen de lasten van de stichting in de periode vanaf 2018 naar verwachting  ruim 3 jaar gedekt worden.

Actieve fondswerving zal vanaf  2018 gestart worden.:Vanaf  komend  jaar zullen nog diverse kerkelijke gemeentes en collega-stichtingen benaderd worden die hebben aangegeven het werk van StIM te willen supporten. Met “collega” stichtingen /organisaties als Comité Gemeentehulp Israël en christenen voor Israël, etc, lopen reeds oriënterende gesprekken. Verder zullen wij gericht bepaalde  “Goede doelen fondsen” , kerkelijke gemeentes en personen in Nederland, die zich aangesproken voelen door de doelstellingen en activiteiten van de stichting,  benaderen. 

Brede publieksacties liggen gezien aard en doelstelling van de Stichting niet voor de hand.

De Lasten

De lasten van de stichting zullen de eerste fase / jaren primair bestaan uit personeelslasten. De totale werkgevers lasten hiervoor bedragen ca 85% van de begroting. Met de  overige 15%lasten, als kantoorkosten ca, communicatiekosten,etc., komen de lasten volledig ten goede aan de doelstelling van de Stichting: onderzoek, publiceren en onderwijs.

Inzet is vanaf  Q2-2018 een parttime directeur (0,67 FTE) in dienst te nemen, die WO gekwalificeerd is in betreffend vakgebied, om de doelen van de stichting concreet te verwezenlijken.

Het beloningsbeleid t.a.v. de directie (WO nivo); het advies van koepelorganisatie VPE (Verenigde Pinkster- en Evangeliegemeenten)  neemt als uitgangspunt de cao ZW (2018-2019) schaal 10 (WO); gezien de thans nog beperktere middelen v.d. Stichting,  houdt het bestuur vooralsnog 1 schaal lager aan: schaal 9 (HBO). De totale personeelskosten c.a. zijn door het bestuur vooralsnog voor 2019 begrensd op euro 50.000 per jaar. Voor 2018 zou dit op ¾ uitkomen, indien de aanstelling vanaf 2e Q plaatsvindt.

In de tweede fase (vanaf 2019/20), als er ruime financiële middelen ruime(re) middelen ter beschikking staan, kan gestart worden met de opzet en uitbouw van het gewenste kenniscentrum (toegespitste vakbibliotheek, meer personele deskundigen aan trekken)  en t.z.t. kan worden  uitgebreid met promotieonderzoek(-ers/-en).

Voorzieningen en reserveringen
Egalisatiefonds
: zal worden ingesteld als continuïteitsvoorziening. Dit dient m.n. voor het egaliseren over meerdere jaren van niet structurele , c.q. eenmalige substantiële inkomsten (bv grote schenkingen, legaten, etc). Algemene reserve: moet opgebouwd worden om (onvoorziene) kosten op te vangen en/of financieel moeilijke perioden te overbruggen, dan wel tijd te creëren om maatregelen te treffen om het beleid bij te stellen om de balans van inkomsten vs uitgaven duurzaam (weer) in balans te brengen. Kortom het betreft de (opbouw van) het weerstandsvermogen. Inzet is wanneer extra baten worden geëntameerd, tzt jaarlijks ca €5000,- aan de algemene reserve toe te voegen, tot een maximum van ca €35.000.

Rekening en Begroting

Publicatieplicht jaarrekening 2021